'De vier Heemskinderen moeten wis de drank geweldig minnen,
wijl ze zijn het uithangbord bij waarden en waardinnen'.
Dit versje bewijst hoe zeer dit onderwerp in trek was bij kroegen en herbergen. Reinout, Adelart, Ritsaert en Writsaert vormen met hun wonderpaard de hoofdpersonen in een dertiende eeuwse sage, die speelt in de tijd van Karel de Grote. De vier zonen van ridder Aymijn (verbasterd tot Heems) haalden zich de woede van koning Karel op de hals door diens zoon, een verachtelijk individu, te doden. Karel wilde zich wreken, maar zij wisten hem steeds te weerstaan of te ontvluchten vooral door de hulp van hun paard Beyart. Wanneer beide partijen hun ruzie moe zijn, wil Karel goedheid voor recht laten gelden op voorwaarde dat zij hun ros Beyart als een soort genoegdoening verdrinken.
De vier heemskinderen van Grote Gracht 42 laten zien dat dit eeuwenoude verhaal in de 18e eeuw nog leefde onder de mensen.
Heeft u aanvullende informatie over deze steen of een betere suggestie voor de vertaling? Deel deze met ons via onderstaand formulier. Wij zullen u bijdrage zorgvuldig beoordelen en u hiervan op de hoogte houden.
Om de financiering van de lopende kosten nu en in de toekomst mogelijk te maken, kunt u ons steunen en zich aanmelden als donateur van onze stichting.
Steun ons
